Onderstaande tekst is door Corrie’s schoonzoon Fedde de Graaf uitgesproken tijdens de uitvaartdienst op maandag 1 oktober 2018 in het Uitvaartcentrum & Crematorium Sneek.
Corrie, nog even contact…
…nog even contact voor je gaat…
Weet je nog Corrie, jij en ik samen in jullie keuken aan de Drakenstaat
Het huis in de Drakenstraat waar je 60 jaar hebt gewoond.
Jij aan de afwas, ik druk in de weer met de droogdoek.
Ik kende je nog niet zo lang en was waarschijnlijk bezig een wit voetje bij je te halen maar dat was helemaal niet nodig. Alle verhalen en grappen over schoonmoeders ten spijt, het klikte gewoon tussen ons. Het moet onze politieke voorkeur zijn geweest, of ons gevoel voor humor.
Maar tijdens ons gesprek in de keuken had je het over de toekomst en wilde je weten wat mijn plannen waren. Daar hou ik me nog niet zo mee bezig, zei ik, eerst morgen maar.
Ja, zei je: “maar morgen ben ik er niet meer”.
Corrie, je bent geboren op 12 januari 1926 op Kleinzand 52. Je ouders waren Haye van der Werf en Corneliske van der Eems. Van 1932 tot 1938 doorliep je de lagere school (Gemeenteschool nummer 4) en begon je daarna aan een vierjarige opleiding aan de handelsschool. Niet zo gek want jouw ouders waren inmiddels een levensmiddelen winkel begonnen aan de Prins Hendrikkade 53. Vlak bij de Oosterpoortsbrug waar jouw vader brugwachter was. Voor een dubbeltje draaide hij de brug voor je open en kon je met je boot passeren. Hij ergerde zich aan de boten die met de mast naar beneden onder de brug doorgingen, “daar gaat weer een dubbeltje”. Je hebt het me vele malen verteld.
Je vader had hier ook de verhuur van zes BM’ers en twee kajuit jachtboten. Of zoals dat zo mooi op het bord aan de muur stond: H. van der Werf, verhuur van luxe zeiljachten. In de oorlog werd de gehele vloot verplaatst naar Grouw omdat je op het Sneekermeer niet meer mocht varen.
Ondanks dat het oorlog was belette het je niet om in de barre winter van 1941 en 1942 de schaatsen onder te binden voor een tocht van 80 km. over de Friese elfmeren. De twee stempelkaarten en de twee medailles had je thuis veilig opgeborgen.
Je haalde het diploma stenografie met een snelheid van 241 aanslagen per minuut. In 1943 behaalde je je diploma aan de Handelsschool en daarna ging je aan het werk op het Paviljoen aan de Sneekermeer. Dat was een fietstocht van ongeveer 6 kilometer op kussie banden. Niet altijd een prettig tochtje. En natuurlijk moest je helpen in de winkel waar op zolder fietsen waren verstopt.
Niet ver van de winkel stond op hoogte van het Kleinzand een openbaar toilet. Op het moment dat jij zag dat er iemand uit het toilet kwam werd deze, zonder enige aarzeling, door een Duitse soldaat dood geschoten. Oorlog vond je het ergste wat een mens kan overkomen.
Februari 1947 behaal je met lof je tweede diploma Stenografie. Het zal je nog van pas komen. Je vond werk bij het Theater & Bioscoop Amicitia onder leiding van dhr. Miedema.
Je hebt nog een blauwe maandag bij de gemeente gewerkt maar daar had je het gauw gezien. Nee, dat is niets voor mij, zei je. Voor ambtenaar moet je in de wieg gelegd zijn. Je kon niet tegen het langzame tempo, jij was een vrouw van doorpakken. En dat deed je.
Op 15 januari 1951 werd je aangenomen bij Lankhorst op de afdeling boekhouden als steno-typiste. Vier jaar later (1955) behaalde je het internationaal rijbewijs voor motorrijtuigen en kocht een Heinkel scooter.
In de zomer van 1956 bezoek je voor het eerst het buitenland en kom je met je vrienden, een auto en een tent in het Duitse Dusseldorf aan. Midden in Dusseldorf gingen jullie langs een winkel waarop met grote letters Betten stond en was het commentaar: “Der hest Betten ok, wat mut die hier nauw”.
De Heinkel scooter bracht je ver weg en in contact met Rudi die destijds in Helmond woonde en ook een motor bezat. De liefde sloeg toe en Rudi reed vele malen van Helmond naar Sneek. Jullie verloofden in Januari 1961 (op je verjaardag) en niet veel later op 15 augustus 1961 voltrok, ten stadhuize te Sneek jullie huwelijk. De receptie vond plaats, na een bezoekje aan de draaimolen op de kermis, in “onder de linden” aan de markstraat.
Als jong paar kochten jullie een woning in de Groen van Prinstererstraat als plotseling je moeder komt te overlijden. De plannen worden gewijzigd en jullie trekken bij je vader in die al in 1958 het huis had gekocht in de Drakenstraat.
Na tien jaar verlaat je Lankhorst, wegens je huwelijk, en schreven ze in een verklaring: wij hebben mejuffrouw van der Werf leren kennen als een hardwerkende en betrouwbare medewerkster die de haar opgedragen werkzaamheden met toewijding uitvoerde.
En dan komen de kinderen, eerst Marian in 1962 en twee jaar later Petra. De tijd vliegt en om financieel wat meer armslag te hebben begin je weer te werken bij Lankhorst. Je werkt parttime en zal dat tot aan je pensioen blijven doen.
De familie is klein, jij Corrie hebt geen broers of zussen en de familie van Rudi zit in Duitsland. En wat doe als je weinig familie hebt Dan maak je familie. Zo wordt buurvrouw Rens aangesproken met tante Rens, buurman Peter wordt oom Peter en worden de iets oudere buurt bewoners Familie Atsma opeens pake en beppe. De moeder van de vriendinnen van je dochters werd tante Rieke en een voormalige collega werd tante Titie en oom Johannes. Met deze laatste genoemden gingen jullie veel met de boot weg. Op vakantie met de boot in Utrecht moest je plotseling met de trein naar huis. Kort daarna overleed je vader op 83 jarige leeftijd.
Regelmatig werd er een nichten dag georganiseerd. Corrie je bent de laatste van de zes nichten die van ons gaat scheiden want we hebben helaas al eerder afscheid moeten nemen van tante Tjitske, Trijn, Siedske, Gre en Zus.
Maar de familie Zwaal uit Amsterdam is er gelukkig nog en heeft warme herinneringen aan de vele jaren dat ze in de zomervakantie bij tante Corrie mochten logeren. Ze hebben je benoemd tot de allerliefste tante.
Drie maal op vakantie naar de DDR om je schoonvader en schoonzussen te bezoeken. Een hachelijke onderneming met de lelijke eend, grenscontrole, elke dag je melden op het politiebureau en bezoek in het klooster.
Ook met ons op de vele zomer- en herfstvakantie, eerst met ons vieren en later met de kleinkinderen. En na het overlijden van Rudi ben je nog een paar keer met ons op herfstvakantie geweest.
Corrie, je was een vrouw van bepaalde antwoorden.
• Corrie, wil je thee of koffie “Ik drink wat jullie drinken”.
• Wat wil je drinken “Doe maar wat”.
• Met de kerstdagen zijn we vele jaren uit eten geweest en toen het aan Corrie toe was om de bestelling op te nemen zei je altijd: “ik moet hetzelfde als Marian”.
• Als je ons belde was het kort en besloot je met de woorden: “Nou ik hang op, hoor”. En voor je kon antwoorden was de verbinding verbroken.
Corrie, 92 jaar, hoe krijg je dat zo voor elkaar
• Was het de gymnastiek die je lang hebt beoefend als lid van S.G.V
o Waar je trouwens ook nog heel lang secretaresse van bent geweest.
• Of kwam het doordat je tot je 88 ste elke week ging zwemmen
• Of was het de wandeling elke dag met de honden Astor, Bas en Senna
o Je moest Rudi regelmatig aansporen om met jou naar het Rijsterbos te gaan. Hij had daar niet altijd zin in en het ontlokte jou tot de uitspraak: “die auto van ons het vierkante wielen”.
• Of was het helpen bij Zwem- en Waterpolo vereniging Neptunia de oorzaak.
o Je hielp tijdens het jaarlijkse waterpolo toernooi altijd mee met het smeren van de broodjes en het maken van de soep. Maar ook hielp je met het nieten en rondbrengen van het clubblad.
• Of was het omdat je op 61 jarige leeftijd nog in Oostenrijk samen met je beide dochters op de skiën stond en het er niet slecht vanaf bracht.
Corrie, een actieve vrouw. Een vrouw van aanpakken, een vrouw die nooit klaagde, een geëmancipeerde vrouw en een Sneeker in hart en nieren.
Maar ook jou passie voor het zeilen moet ik hier noemen. Je vader had een akkrumer jol voor je gekocht en je hebt het zeilen jezelf aangeleerd. Als jonge meid heb je menig slagje in wedstrijdverband over het Snekermeer gemaakt.
Jaren later kochten Marian en ik een Randmeer en belanden we met ons drieën op het Sneekermeer. Het waaide lekker en met vol tuig zetten we daar de ballonfok nog eens bij. Met Marian aan het roer, ik in de trapeze en jij als adviseur kwam de boot op ongekende snelheid en werd licht uit het water getild. En dat gevoel….. hebben we ook de afgelopen dagen en dat zal nog wel even duren…..
Alles heeft zijn tijd
er is een tijd van stilte,
tijd van pijn,
tijd van rouw
en een tijd van dankbare herinneringen.
Corrie, de laatste jaren kwamen we elke zaterdag om de was te halen en je eten warm te maken. Om de week was je elke zondag bij ons. Na studio sport en het journaal vroeg je steevast: “wie brengt mij naar huis” Eenmaal op weg naar de Drakenstraat herinnerde je me er altijd aan dat ik de volgende morgen weer aan het werk moest. In de zomer namen we een langere route en reden we via het “waterkantsje”, waar we de vele boten konden aanschouwen.
Als in 2012 dementie de diagnose is schrijf je ter gelegenheid van Marian’s 50 ste verjaardag in haar fotoboek: Iets schrijven over jou gaat me moeilijk af, mijn geheugen laat me in de steek. Bij het bladeren door de vele fotoboeken herken ik de mensen wel maar de verhalen daarbij weet ik niet meer. Als 86 jarige moeder is dat niet zo raar, de leeftijd vraagt zijn tol.
Jaren hebben we er voor gezorgd dat je thuis kon blijven wonen en hebben we met hulp van diverse instanties veel zorg om je heen gebouwd. De dementie haalde verwoestend uit en de altijd actieve Corrie van het Quilten, kleren maken, puzzelen herkenden we niet meer. En toen je na een blaasontsteking toch weer aansterkte en wij voorbereidingen troffen op het wonen in een kleinschalige woonvorm werd je getroffen door een herseninfarct.
Voor ik afscheid neem van Corrie wil ik nog een dankwoord tot enkelen richten:
Fam. Klopper – 26 jaar buren – stonden op de bellijst van het alarm – hielden een oogje in het zeil.
Fam. de Jager – Stonden ook op de bellijst voor het alarm en zijn tweemaal met het hart in de keel richting Drakenstraat gereden. Corrie begroette jullie met de woorden: “wat doen jullie hier”
Thuiszorg Slippens - Die met toewijding Corrie hebben verzorgd en ons als mantelzorgers veel werk uit handen hebben genomen.
Frittemahof - Waar ze met veel plezier drie maal per week haar dag bestede.
Maar ook aan die mensen die ons hebben bezocht, gebeld, ge appt, een kaartje of bloemen hebben gestuurd. Heel veel dank daarvoor.
En nu ben ik voor de laatste maal met je terug in de keuken waar we de afwas staan te doen.
Jij aan de afwas, ik druk in de weer met de droogdoek.
Ja, morgen ben ik er niet meer, zei je
Dat zal zo’n vaart niet lopen, hoe kom je daar nu bij, riep ik.
Zal ik je eens wat zeggen, vervolg ik, jij wordt wel 92!
En nu Corrie laten we je gaan, het is goed zo.
Meer
Toon minder